In vanoggend se Trouw is daar die berig oor 'n debat tussen Nederlandse Ou-Testamentici oor 'n onlangs teorie dat die Bybelse paradysverhaal ooreenstemminge toon met 'n baie ouer weergawe.
Wat my interesseer is nie soseer die spekulatiewe besinning nie, maar die opmerking van een van die persone dat die Ou Testament deel uitmaak van 'n ryke tradisie van die eerste mensheid.
Dit is al lank 'n debatspunt onder Bybelwetenskaplikes dat Bybellesers te veel soek na die unieke van die Bybel en te min nadink oor die manier waarop Bybelskrywers in gesprek was met ou tradisies van die mensheid.
Natuurlik sal die Bybelse verhale steeds weer 'n eie, belangrike punt maak. Dit bly boeiend om te dink dat die Bybel altyd weer in gesprek met hulle omgewing was en met vrymoedigheid hul eie verhaal kon vertel.
Dit laat my dink aan hoe van die mees bekende en geliefde kerkliedere se melodieë oorgeneem is uit die sekulêre wêreld en toe 'n geestelike betekenis gegee is. In vroeëre tye is van hiertoe liedere in die kerk se liederebundel verwyder om dat dit "kroegdeuntjies" was. Baie mense het dit as 'n verlies ervaar omdat die liedere hulle herinner het aan besondere geloofservaringe en die gedagte van kroegmusiek nie naasteby by hulle wakkergemaak is nie.
Hier is die berig:
De tekst is vijf eeuwen ouder dan bijbelboek Genesis, maar gaat wel over
een paradijselijke tuin, een listige slang, twee menselijke wezens en een grote
catastrofe. Zelfs scheppergod El, die dezelfde naam draagt als de god in
Genesis, is van de partij.
Dat is vast geen toeval, schrijven Marjo Korpel en Johannes de Moor van
de Protestantse Theologische Universiteit (Groningen en Amsterdam) in een
vorige week verschenen studie.
De vertelling die ze aantroffen op twee Syrische kleitabletten uit de
13e eeuw voor Christus is volgens hen een voorloper van het bijbelse paradijsverhaal. De overeenkomsten
zijn zo talrijk zijn dat 'vrijwel alles' erop wijst dat het om dezelfde Adam
gaat. Experts konden voorheen alleen vermoeden dat zo'n tekst bestond. Bewijs
was er niet.
Korpel en
De Moor menen dat de tabletten, die al decennia geleden zijn opgegraven,
samen één geheel vormen. Ze vertellen over Horon, een god die El van zijn troon
wil stoten en als straf zelf uit de godenvergadering wordt gegooid. Horon
transformeert zich in een slang en bijt een andere god: Adam. Die wordt
daardoor menselijk.
'Een geval van parallelomania'
Oudtestamenticus Meindert Dijkstra is echter nog niet overtuigd dat het
hier om een voorloper gaat. Hij doet sinds veertig jaar onderzoek naar de
taal en cultuur waaruit de tabletten stammen - het Ugarit - en gaf dit
onderzoek als referent een kritische lezing.
Dijkstra: 'Ze presenteren de tekst als een oerversie. Maar in mijn
optiek valt de naam Adam hier maar één keer - áls het al om Adam gaat. Deze
teksten zijn alleen geschreven met medeklinkers, dus je moet veel zelf
invullen. De andere keren wordt er alleen naar hem verwezen. Over Eva ben ik
helemaal kritisch. Haar naam wordt niet genoemd. Er is alleen heel kort sprake
van een vrouwelijke gestalte.'
Korpel en De Moor zien wel heel veel overeenkomsten, vindt ook
oudtestamenticus en hoogleraar vroeg jodendom Mladen Popovic. 'Daar hebben we
een term voor: parallelomania.' De hoogleraar van de Rijksuniversiteit
Groningen deed lange tijd onderzoek naar de Dode Zeerollen en vindt het naar
eigen zeggen prachtig dat zijn collega's weer eens aantonen dat 'het Oude
Testament deel uitmaakt van een veel rijkere traditie dan de meeste mensen
denken'.
'Maar ze hadden wel iets voorzichtiger mogen zijn', vindt Popovic. 'Ik
was na het lezen van hun boek bijvoorbeeld niet overtuigd dat Adam in deze
tekst een god is en dat zijn partner Eva is.'
Ook de grote verschillen in
verhaallijnen maken Popovic arwanend. 'In Genesis verleidt de slang Eva om
kennis te krijgen van goed en kwaad. In deze tekst spreekt de slang niet: hij
bijt alleen. Dan moet je je afvragen in hoeverre je van een voorloper kunt
spreken. Ja, het gaat hier om een tuin, een boom en een slang. Maar we hebben
eerder al verhalen met die elementen gevonden. Dit is echt niet hetzelfde
verhaal als Genesis.'
Korpel ziet naar eigen zeggen uit naar het academisch debat over de
tekst. Verder wil ze er nog niet te veel over kwijt. 'Onze theorie is maar een
theorie. Maar inderdaad, wij vinden hem heel aannemelijk.'
Zij en De Moor
zijn bewust niet al te stellig, vindt ze. 'Veel verhaalelementen verschillen.
Maar beide verhalen gaan duidelijk over het begin van de mensheid en over een
zondeval. Zo zijn er nog talloze overeenkomsten. Dat kun je niet zo maar van
tafel vegen.'
Nu weten we ook waar die gevallen engel vandaan komt
We moeten ons ook niet blindstaren op de gelijkenissen met Genesis,
vindt Dijkstra. Volgens hem biedt de vondst ook andere boeiende inzichten. Zo
lijkt Horon op de figuur van wie later in het Oude Testament wordt verteld dat
hij een gevallen engel is die Gods plaats wilde innemen.
Interessant, want de
boeken Ezechiël en Jesaja bevatten alleen een verwijzing naar hem. De lezer
moet het verhaal zelf duidelijk ergens anders zoeken. Bij een mondelinge
overlevering, bijvoorbeeld. Of een vroegere tekst. 'Dit zou wel eens zo'n tekst
kunnen zijn', meent Dijkstra. Het Nieuwe Testament verwijst ook naar vroegere
verhalen over Satan. 'Deze studie maakt overtuigend duidelijk dat de schrijvers
van het Nieuwe Testament de duivel niet alleen kenden van het Oude Testament,
maar vooral ook uit nog oudere teksten.'
No comments:
Post a Comment
Note: Only a member of this blog may post a comment.